Taets Art and Event Park Amsterdam
Najaar 2025

A@W Newsletter

Mijn huis blijft door de jaren heen een ‘work in progress’

9 september 2021

Hoe ziet het ideale eigen huis van de (interieur)architect eruit? In deze aflevering kloppen we aan bij interieurarchitect Kurt Wallaeys, een van de geestelijke vaders van het ARCHITECT@WORK-standconcept. Kurt kocht eind vorige eeuw een letterlijk verlept boerderijtje aan in het landelijke Wingene en renoveerde dat volgens de eigen ontwerpvisie. Daarin spelen de integratie van perspectief, symmetrie, zichtassen, het jongleren met licht, kleur en kunst en indien mogelijk zelfs poëzie de hoofdrol. En meer nog: de renovatie blijft door de jaren heen letterlijk ‘a work in progress’.

 

Door Jan Hoffman

 

Het uit 1894 daterende boerderijtje, waar Kurt en diens vrouw hun oog op hadden laten vallen, stond al vele jaren leeg. Het beschikte over een vrij gesloten gevel, waarachter zich een idyllisch landschap ontvouwde. Compleet met grazende koeien en alom hoog opgeschoten gras en bloeiende veldbloemen.

 

In harmonie met de natuur

Van bij het begin was het voor het koppel duidelijk waar het met de renovatie naartoe moest gaan. Dit zou een woning worden waarin zowel het kantoor als de privéruimtes werden ondergebracht, met beleving als centrale credo. Vele jaren renovatie leidden tot een intrigerend en hoogst eigenzinnig eindresultaat, waarin wonen, werken, leven en genieten in totale harmonie met de omringende natuur je tegemoetkomen van zodra de voordeur openzwaait.

 

“Met goed dertig dienstjaren in het vak, doorliep ik verschillende groeifasen met mijn ontwerpbureau”, vertelt Kurt Wallaeys, “Aanvankelijk deed ik het alleen, vrij snel met nogal wat personeel in dienst, wat me toeliet een aanzienlijk portfolio uit te bouwen. Specialisatie en hoge verwachtingen binnen het klantenbestand noopten me tot schaalverkleining. Eerst gebeurde dit door een afbouw van het personeelsbestand, tussentijds door het aantrekken van een jonge(re) vennoot, om uiteindelijk “tot de essentie” te komen: ik doe het weer volop alleen, en ben dus alweer volop betrokken bij alle fasen van het ontwerp- en uitvoeringsproces.”

 

Noden veranderen

Wanneer de man ons meeneemt voor een rondleiding door zijn huis valt meteen op wat hij bedoelt met waar hij het meteen over had: dit is ‘a work in progress’. De kerngedachte van zowel het interieur als het exterieur, die we vele jaren eerder al eens bekeken, is dan wel dezelfde gebleven, alom merk je hoe beleven allerminst rijmt op stilstaan.

 

“Als je ouder wordt, veranderen ook je noden en dat wordt weerspiegeld in een interieur. Zo staat er nu een totaal andere, vintage tafel in de woonkamer en verhuisde een grote, ronde inoxtafel van binnen naar een nieuwe buiten. Palend aan die loungeruimte bouwden we een lange toog in zwarte hoogglans graniet en daar genieten we van een barbecue of een drankje met vrienden . Hier integreerden we ook een ecogel vuurtje en kwam er een zwart spanplafond voor meer intimiteit.”

 

 


Buiten gaan Belgische blauwe steen, beton en zwarte designmeubelen een samenspel aan met effen teakhouten elementen en het omringende groen van mediterrane bomen.

 


“Ook de terrassen zijn wat aangevuld, maar de meest zichtbare ingreep buiten is dat een schuur als bijgebouw ervan afgestoten werd en dat het grondoppervlak verkleinde. Tussen de buur en onszelf lieten we een betonmuur storten, wat leidt tot een kleiner en bevattelijker terrein en hogere intimiteit. Op het ruwe zichtbeton bracht ik zelf geschreven poëzie aan en een fontein compleet met watervalletje vervolledigt het geheel en overstemt gebeurlijke burengeluiden.”

 

 “Waar het op neer komt, is dat we door dat loungegebied meer nuttige buitenruimte hebben, met extra terrassen rond de eerder aangelegde zwemvijver. Noem het recente ingrepen met respect voor het verleden, terwijl je tegelijkertijd de blik op de toekomst richt. Een mens wordt ouder en zoiets betekent dat alles bevattelijker moet zijn, mét behoud van het mooie van vroeger, zoals ons bijzondere zicht op de omliggende velden.”

 

 


Op de betonnen muur van het terras plaatste de binnenhuisarchitect enkele regels zelfgeschreven poëzie.

 

 

Zichtassen zorgen voor perspectief

Zoals we aangaven in de inleiding is het spelen met zichtassen voor de architect bijzonder belangrijk. Deze assen creëren ruimtelijk perspectief in een woning, terwijl er op elk van deze assen een element wordt geplaatst en/of uitgelijnd. De ene keer gaat het om verlichting, een andere keer om een bijzonder meubel, soms kan het zelfs een kunstwerk zijn. Om het alleen maar bij dat laatste te houden: op de as die loopt van de voordeur tot de woonkamer word je meteen geconfronteerd met een kunstwerk van de hand van zijn moeder, Arlette Meeuws.

 

“Bij dit huis was het meteen duidelijk. Dit gebouw, dat eerder zelfs een tijdlang dienst deed als dorpscafé, gooien we niet plat, dit moéten we renoveren. De enige nieuwe toevoeging werd uiteindelijk een uitbreiding met een nieuwe aanbouw. Tegelijkertijd moest er ook respect zijn voor wat bestond. Zo behielden we de licht beschadigde dorpel en de handgevormde bakstenen in de gevel, net als een typische ‘voutekamer’ en een hooizolder waarvan twee slaapkamers werd gemaakt.”

 

“We plantten de kantoorruimten helemaal vooraan in aan de straatkant, achter de vrij gesloten gevel. Daarmee ontstond een buffer tussen de drukke buitenwereld en de private leefruimtes achterin, die totaal tegengesteld zoveel mogelijk opengetrokken werden voor maximaal contact met de natuur en het kunstige noorderlicht.”

 

 


De kleuren zwart, wit en grijs zorgen samen met de aanwezige blauwsteen voor een serene werksfeer.

 

 

Sociale as en geluidsas

Kijkend naar het centrale element, de assen, merken we dat de belangrijkste as loopt van de voordeur tot aan de weide achteraan en dat al de rest hierop geënt is. Ook in de woonkamer zie je assen. Zo is er hier een ‘sociale as’, met daarop onder meer het televisietoestel, een open haard, een grote sofa en een centrale eettafel. Die wordt aangevuld door een geluidsas, met een muziekinstallatie, een aperitiefhoekje en een vuurschaal. In de leefruimte werd een horizontaal lijnenspel gecreëerd, dat je onder meer terugvindt in een lange buffetkast en Afrikaans fineer. Ook valt een originele houten vloer in Franse eik op, waarbij het materiaal afkomstig is uit oude treinwagons, en kan je niet naast een aantal pilaren in bruut blauw staal, grenzend aan grote ramen, kijken. Dit geldt evenzeer voor een haardomkasting in Corten-staal.

 

“Assen zorgen voor rust en duidelijkheid”, horen we. “Ze bepalen de circulatie en het perspectief, en de kijk- en looprichting. Ik probeer me altijd te richten op een aantal ankerpunten, in het boerderijtje ontdekte ik de belangrijkste as van de voordeur naar de weide achteraan.”

 

 

 
In de leefruimte werden vintage & design meubelen, samen met verschillende kunstelementen gecombineerd in een decor van hardsteen, metalen structuren, eiken vloer en zwart getinte muren.

 

 

Blauwe hardsteen

In het geheel valt vooral een liefde voor Belgische blauwe hardsteen op. We zien dit materiaal onder meer in de keuken, de bijkeuken en de badkamer, telkens met verschillende afwerkingen.

 

“Klopt, ik vind dit een dankbaar materiaal omdat het zoveel mogelijkheden biedt. Het laat tegelijkertijd buiten naar binnen doorsijpelen, én het is blauw in al zijn varianten. Diverse doorkijkpunten van binnen naar buiten en vice versa zijn veelvuldig aanwezig. Het is geen toeval dat er aan de loungezijde uitsparingen zijn voorzien in een met blauw licht aangestraalde cementmuur, omdat je zo de buitenruimte gefragmenteerd en druppelsgewijs naar binnen haalt.”

 

Ook elders word je geconfronteerd met de nauwe band met buiten. Dat is onder meer het geval in de centrale slaapkamer die werd ondergebracht in een oude voutekamer boven de kelder. Het zicht van hieruit op de groene omgeving is ronduit fenomenaal.

 

 


Vanuit de meest private ruimtes aan de achterkant van het huis openbaart zich een intrigerend landschap met een machtig uitzicht op het omringende land.

 

 

Geen kunst om de kunst

Héél opvallend is hoeveel aandacht er in dit huis besteed wordt aan kunst.

 

“Met een moeder die kunstenares was, zal dat wel geen toeval zijn. Je ziet hier letterlijk tientallen werken van haar hand”, glimlacht Kurt. “Met daarnaast werk van vele anderen: William Sweetlove, Roger Raveel, installaties van Ben Trovato, Johan Tahon, Tinka Pittoors, Yves Velter, Nick Ervinck, Frans Vercoutere, Kravagna, Frank Slabbinck, naast intrigerende foto’s van Véronique Bruyneel en Emma Barthère… “

 

“Het gaat evenwel nooit om kunst om de kunst. Alles moet harmoniëren binnen de interieurarchitectuur en dat is ook het geval bij het gebruik van licht en materialen, waarmee accenten worden gecreëerd. Het is je vast opgevallen dat ik een voorkeur heb voor blauw. Blauw is de kleur van de mystiek, de hemel, het water, … Het zal je niet verwonderen dat ik graag in de richting van die kleur kijk als ik op zoek ga naar de nieuwste ontwikkelingen op het vlak van verlichting en materialen en het blauw als een subtiel accent in mijn concepten verwerk.”

 

 


Zicht vanuit de blauw verlichte gang met gecementeerde wandafwerking en doorkijk naar de buitenlounge.

 

 

Foto's: © BILD.WTF

Mijn huis blijft door de jaren heen een ‘work in progress’
Terug naar overzicht

A@W Newsletter

Blijf op de hoogte door u op onze maandelijkse newsletter te abonneren!

>> Abonneren

Geïnteresseerd in visibiliteit in onze newsletter?

>> Klik hier!

Design & Plan

Mediapartner

Profiles of Architects

Met de ondersteuning van